Ontdek hoe jij direct energie kunt besparen met een paar simpele aanpassingen. Je hoeft niets te kopen. Vaak gaat het om je gedrag aanpassen, iets anders instellen of even controleren. Kies een ander standje en bespaar! Direct een groot verschil maken? Doen dan mee met de collectieve inkoopactie. 

Tip 1: Ken je stroomslurpers

Elk huis heeft ze: apparaten die stiekem veel stroom verbruiken. Denk aan een elektrische boiler, een tuinvijverpomp of een elektrische kachel. Deze energieslurpers vreten ongemerkt kWh’s per jaar. Weet welke apparaten het zijn, zodat je ze zo zuinig mogelijk kunt gebruiken. Of vervang deze apparaten. 

Tip 2: Let op sluipverbruik  

Sluipverbruik is de energie die ongemerkt weglekt in je huis, zelfs als apparaten uit of in stand-by staan. Je merkt het niet, maar het kost je wel geld. Pak dit aan door stekkers uit het stopcontact te halen en apparaten uit te schakelen. Of gebruik een stekkerdoos met een schakelaar. Als je 75% van je sluipverbruik vermindert, bespaar je zo'n € 135.

Tip 3: Open deuren? Doe ze dicht!

Een simpele, maar belangrijke tip. Doe altijd de deuren dicht, of je nu in de woonkamer, keuken of een andere ruimte bent. Door deuren gesloten te houden, blijft de warmte in de kamer en hoeft de verwarming minder hard te werken. Dit helpt je om energie te besparen en je huis warm te houden. Zonder extra kosten.  

Tip 4: Licht uit waar het kan

Je hoeft niet in het donker te zitten, maar alle lichten aan is ook niet nodig. Zeker niet in kamers waar niemand is. Zet het licht uit als je een ruimte verlaat. Alle kleine beetjes helpen! 

Tip 5: Zet de verwarming een standje lager  

Zet de verwarming lager of uit als het kan. Zet je thermostaat 1 graad lager en bespaar jaarlijks € 90 op je energierekening. Natuurlijk hoef je niet in de kou te zitten! Waar je eerst in je t-shirt rondliep, ben je nu met een trui en pantoffels veel voordeliger uit.

Tip 6: Gebruik de eco-stand van je cv  

Zet je cv-ketel op de eco-stand. Dit bespaart flink op gas. In de normale stand blijft er altijd wat water warm, zodat je snel warm water hebt. Met de eco-stand verbruik je minder water, ook al duurt het iets langer voor je warm water hebt.

Tip 7: Kies voor standje 15

Niet thuis? Zet je thermostaat op 15 graden. Heb je vloerverwarming? Houd de temperatuur in een goed geïsoleerd huis zo constant mogelijk. In een minder goed geïsoleerd huis kan de temperatuur 's nachts 2 graden lager dan overdag. 

Tip 8: Doe de 5-minuten-challenge 

Dit lijkt misschien voor de hand liggend, maar een paar minuten minder douchen kan al een groot verschil maken. Probeer je douchetijd te beperken tot maximaal 5 minuten.

Tip 9: Draai die knop naar links 

Warm water verbruikt veel energie. Door de temperatuur van je douche iets lager te zetten, kun je flink besparen. Vind een comfortabele temperatuur die niet te heet is.

Tip 10: Verspil geen warmte!

Laat het water niet te lang lopen voordat je onder de douche stapt. Door het water direct te gebruiken, voorkom je dat er veel warm water verloren gaat tijdens het voorverwarmen. 

Tip 11:  Goed centrifugeren voor drogen

Gebruik je de droger? Zorg dan dat je wasgoed eerst goed gecentrifugeerd is. Het kost wat stroom, maar je bespaart uiteindelijk elektriciteit door je droger minder hard te laten werken.

Tip 12: Draai alleen volle wasmachines  

Wacht met wassen tot je een volle trommel hebt. Twee halve wassen verbruiken meer energie dan één volle. Maar pas op dat je de machine niet te vol propt, anders wordt je was niet goed schoon.

Tip 13: Gebruik de eco-stand

Zet je wasmachine op het ecoprogramma om stroom en water te besparen. Dit programma duurt wel langer, maar verbruikt minder warm water en dus minder energie. De meeste machines hebben zo’n eco- of spaarstand.

Tip 14: Was op lagere temperaturen  

Was op een lagere temperatuur om energie te besparen. Probeer 30 graden in plaats van 40. Of 40 graden in plaats van 60. Je kleding wordt nog steeds schoon, maar je verbruikt veel minder stroom. 

Tip 15: Gebruik de warmte van je oven

Na het koken blijft je oven nog warm. Laat de ovendeur op een kier staan, zodat de warmte je keuken mee verwarmt. In de winter een mooie extra bonus!

Tip 16: Zet de afzuigkap uit na het koken  

Klaar met koken? Zet de afzuigkap direct uit. Die voert namelijk niet alleen kookluchtjes, maar ook warmte naar buiten af. Bovendien verbruikt de afzuigkap zelf stroom. Dus geen eten meer op het fornuis? Afzuigkap uit!

Tip 17: Gebruik de juiste maat pan  

Of je nu een ei bakt of groenten kookt, kies altijd de goeie maat pan. Een te grote pan verbruikt onnodig veel stroom of gas. Hetzelfde geldt voor water koken: kook alleen wat je nodig hebt. Zo bespaar je ongemerkt flink op energie. 

Tip 18: Gebruik de eco-stand van je vaatwasser 

Zet je vaatwasser op de eco-stand om minder stroom en water te verbruiken. Je vaat wordt net zo schoon. En hoewel het programma iets langer duurt, bespaar je tot wel 40% stroom.

Tip 19: Vul je vaatwasser goed 

Laat je vaatwasser pas draaien als hij vol is. Of gebruik het halve beladingsprogramma als dat mogelijk is. Zo benut je de capaciteit optimaal en bespaar je op het energieverbruik.

Tip 20: Plan het gebruik van je vaatwasser slim  

Stel de timer van je vaatwasser in op een tijd met laag stroomtarief. Dit bespaart je misschien geen energie, maar wel op je energiekosten. Met dynamische energiecontracten haal je het meeste voordeel.

Tip 21: Afwassen met de hand  

Als je de afwas gewoon met de hand in een teiltje doet, verbruik je minder energie dan met een gemiddelde vaatwasser. 

Tip 22: Laat eten eerst afkoelen  

Laat warme gerechten, zoals een pan soep, eerst afkoelen voordat je ze in de koelkast zet. Zo voorkom je dat de koelkast harder moet werken om de temperatuur te verlagen. Dit bespaart stroom.

Tip 23: Gebruik de kou van bevroren producten  

Leg bevroren producten die je wilt ontdooien in de koelkast. Ze werken als koelelement, waardoor de koelkast minder energie verbruikt en je product toch ontdooit.

Tip 24:  Houd je koelkast en vriezer schoon  

Maak je koelkast en vriezer regelmatig schoon, vooral aan de achterkant. Dit zorgt voor beter koelen en minder energieverbruik. Controleer ook de deurrubbers. Als ze vies zijn, sluiten de deuren niet goed en verbruikt het apparaat meer stroom.

Tip 25: Controleer de temperatuur  

Stel je koelkast in op 4 graden Celsius en je vriezer op -18 graden Celsius. Dit is koud genoeg om je eten goed te bewaren. En je bespaart stroom door ze niet kouder te zetten.